Gedicht: Pinksteren
Verborgen achter dichte deuren,
in angst om wat zal komen.
Is alles nu verloren
of weet iemand hoe het verder gaat?
En daar ineens is plotsklaps Jezus,
zomaar midden tussen hun
en of er niets gebeurd is,
wenst Hij hun de ware vrede toe.
Dan is ineens een ruisen hoorbaar,
alsof er een storm begint.
Is dit dan nu het teken
of volgt het einde nu toch gezwind?
Een vuur verschijnt van ergens boven,
verdeelt zich dan over op hen.
De angst wordt nu verbroken,
de moed keert snel weer terug in hen.
En zo beginnen zij te spreken,
alle talen tegelijk,
want zij zijn nu het teken
van Gods grote daden en zijn Rijk.
Hans-Peter Bartels ofm
uit: berne media, liturgische handreiking
